Warmtebehandelingen verwijderen voorraadinsecten op non-toxische manier

Rentokil viert dit jaar zijn 100e verjaardag. Klanten genieten dus van een eeuw lang ervaring in ongediertebestrijding. Ervaring die het bedrijf ook inzet om te blijven innoveren. Een mooi voorbeeld daarvan is de Heat-warmtebehandeling die het sinds kort inzet in de voedingsindustrie om voorraadinsecten te bestrijden.

Wie ongedierte zegt, denkt misschien meteen aan ratten en muizen. Maar voor voedingsbedrijven zijn insecten de grootste plaag. “Vaak zien we ze opduiken waar grondstoffen of afgewerkte levensmiddelen opgeslagen worden. Omwille van de voedselveiligheid is alles wat ze aanraken verloren. In een sector als de voedingsindustrie waar de marges al klein zijn, dikken deze percentages meteen aardig aan”, opent marketing coordinator Jules Bossier.  

Bestrijding begint bij preventie

Bestrijding begint bij Rentokil bij preventie. Bossier: “Wat niet binnenkomt, hoeven we ook niet te behandelen. We adviseren onze klanten daarom in de eerste plaats over hoe ze dit kunnen verhinderen. Nauwgezette controles van de grondstoffen die binnenkomen, zijn bijvoorbeeld al een belangrijk wapen in deze strijd. Zijn de beestjes toch binnengeraakt, dan helpen we onze klanten uiteraard met de bestrijding enerzijds en het schoonmaken van de residu’s anderzijds. Op moeilijk bereikbare plaatsen, bijvoorbeeld achter machines, is dit echter geen sinecure.”

Minimaliseren risico’s, maximaliseren efficiëntie

Dankzij zijn brede ervaring in tal van sectoren introduceert Rentokil daarom een nieuwe aanpak voor voedingsbedrijven die precies hierop inspeelt. “Met de Heat warmtebehandeling verwarm je de volledige ruimte tot 56 °C voor een welbepaalde periode. Dit is de temperatuur waarop niet alleen de volwassen insecten maar ook de andere stadia zullen afsterven”, legt Michel Leers, expert inzake warmtebehandelingen bij Rentokil Initial, uit. “Bovendien is dit een niet-toxische behandeling, voor ons de toekomst binnen ongediertebestrijding, zeker in de voedingsindustrie. Een voedingsklant formuleerde het als volgt: met Heat minimaliseren we de risico’s en maximaliseren we de efficiëntie.”

Grondige voorbereiding voor plug-and-play oplossing

Om deze behandeling toe te passen investeerde Rentokil in speciale warmtekanonnen. “In functie van de ruimte berekenen we hoeveel er precies nodig zijn. In de voedings­industrie is rvs een populaire materiaalkeuze, wat ook in de kaarten van onze Heat oplossing speelt. Het zal de warmte immers goed geleiden”, verzekert Leers. Zoals met alles zit het geheim hem in een goede voorbereiding. “En daar komt net de ervaring van onze exper­ten van pas. Je moet er voor zorgen dat de hitte zeker voldoende is op die plaatsen waar het risico op een besmetting het hoogst is. Dat brengen we op voorhand allemaal in kaart. Zo kunnen we de warmte nog beter sturen door de toevoeging van ventilatoren. Monitoren doen we met temperatuur­sensoren, zodat we de temperatuur heel constant kunnen houden.”

Naar nulpunt brengen

Ook wordt er op voorhand gecheckt of er voldoende vermogen is voor alle toestellen. Leers: “We hebben een 400 V aansluiting nodig voor elke heater. Is dat niet aanwezig kunnen we stuurkasten meebrengen gekoppeld aan mobiele generatoren om de voeding te voorzien. We willen klanten bovenal ontzorgen. Het enige wat zij hoeven te doen is de productie uitschakelen en silo’s legen. Dan is het aan ons.” Hoe lang de toestellen moeten draaien, hangt af van de besmetting. Dat kan tot 24 uur zijn. Maar het resultaat mag er dan wel wezen. Na de Heat behandeling zal de aanwezigheid van insecten naar een nulpunt gebracht zijn. “Met klassieke insecticiden moet je rekenen dat 80 à 90% van de totale populatie de behandeling overleeft, omdat het zo moeilijk is om de eitjes, larven en cocons af te doden.”

Minder behandelingen nodig

Net die efficiëntie maakt de techniek interessant voor bedrijven van elke schaalgrootte. “De investering ligt hoger dan bij gekende methodes, maar omdat we alle of toch quasi alle stadia van de insecten verwijderen, kan je de periode tussen behandelingen wel heel erg verlengen. Je moet dus naar het volledige plaatje kijken: qua resultaten en qua besparingen.” Leers geeft het voorbeeld van een voedingsbedrijf waar ze nu slechts eenmaal per jaar meer hoeven te passeren. “Hoe minder behandelingen, hoe minder productiestilstand”, rekent hij verder. Nog een andere klant schakelde volledig over op Heat omdat de resultaten er zijn en hij geen insecticiden in zijn productie wil. “Met onze warmtebehandeling pakken we het probleem van voorraadinsecten tot op de wortel aan”, besluit hij overtuigd.